Zen avontuur
De wind trekt aan de vuilniszak die ik in mijn handen heb. Ik probeer ‘m in bedwang te houden maar makkelijk gaat dat niet met het grote meditatiekussen onder mijn oksel. Steeds als ik een opening van de zak heb gevonden, rukt de wind me een punt ervan uit handen. Ik mopper in stilte. Waarom doe ik toch mee aan die nachtmarathon van Zen? Uren achter elkaar mediteren en dan ook nog gedeeltelijk buiten. Ik lijk wel gek geworden.
Het regent zachtjes en de anderen zitten al op een rijtje op hun kussens op de grond als het me eindelijk lukt de zak te bedwingen. Ik plof op het kussen en adem uit. Op nog geen meter afstand stroomt het water van de IJssel met een aardige vaart aan me voorbij. Zenleraar Steven slaat op de gong en ik tel mijn adem. Eéeeeen, twéééé’…..
Bij vier hoor ik hem aankomen. Een man met een fiets loopt voor ons langs. Ik zie zijn voeten in afgetrapte schoenen. Broekspijpen hangen verkreukeld over zijn dikke grijze sokken. Ik probeer mijn aandacht te blijven richten op het tellen maar dat gaat de mist in. Want de man stopt. Recht voor mij blijft hij stilstaan. Ik voel zijn verwarring en tegelijkertijd ook de mijne. O nee! Loop door!
‘Wat is dit nou, joh?’ hoor ik ‘m mompelen. ‘Zitten ze hier nou gewoon buiten yoga te doen?’ Ik kijk strak naar zijn schoenen en voel dat ik moet lachen. Hij blijft maar voor me staan. Als ik mijn arm zou strekken kan ik ‘m bij zijn enkel pakken. Maar dat doe ik niet. Ik dwing mezelf om met mijn ogen de veters in de gaatjes van zijn schoenen te volgen. Daar ben ik zo druk mee dat ik niet in de gaten heb dat er een andere voorbijganger aankomt. Of eigenlijk zijn het er twee, want een hond duwt nieuwsgierig zijn neus tegen mijn armen. Zijn kop bungelt vlak voor de mijne. Ik zie twee keurige herenschoenen van een duur merk en een arm die de hond snel wegtrekt uit mijn gezicht. Dan hoor ik de man met de fiets zeggen: ‘Kijk nou wat ze hier zitten te doen! Moet ik ze nou gewoon laten zitten of zal ik er wat van zeggen?’
Met ingehouden adem wacht ik op wat er gaat gebeuren. Tellen doe ik allang niet meer. De hond rekt zich uit en snuffelt dan aan een graspol naast mijn kussen. Seconden lijken minuten te duren terwijl ik wacht op het antwoord van de hondenman. Alsof niet de hond maar de tijd zich uitrekt. ‘Gewoon laten zitten!’ zegt de man met de hond dan. De tijd schiet weer terug naar haar normale ritme. ‘Ja, denkt u?’ De man met de fiets komt aarzelend in beweging. Hond en baas verdwijnen ook uit mijn blikveld. ‘Goedenavond!’ hoor ik nog.
Ineens voel ik weer de regendruppels op mijn gezicht en de wind die in mijn gezicht blaast. Ik denk aan wat Steven zei eerder deze avond: Zen is je verhouden tot dat wat is, in elk moment. En dat is soms een heel avontuur.